Avondje…
We waren er met z’n allen over eens dat het anders moest. Zo ging het niet
langer. Er moest met elkaar gesproken worden. De dingen bij de naam noemen.
Zodat we elkaar weer recht in de ogen konden kijken. En de lucht opgeklaard. Er
werd daarom een bijeenkomst belegd die in een ontspannen sfeer zou moeten
beginnen en wat is er beter dan eten en drinken. Zo gedacht en dus gedaan. Een
wijntje, een biertje en een lekkere rijsttafel was besteld. Ontspannen werd er
over ditjes en datjes gekeuveld. Het leven was zo gek nog niet.
Toen kwam het
tweede deel. De dingen benoemen. Waar was het fout gegaan. Hoe zouden we weer
goed met elkaar kunnen praten. Een ervaren gespreksleider was voor deze
gelegenheid opgetrommeld om de stiltes op te vullen en het gesprek op gang te
houden. Iedereen deed mee en was van goede wille. Het moest immers anders, zo
kon het niet langer.
Ik voelde een onderhuidse spanning. Iedereen wilde het
netjes houden, geen verwijten, geen vingers die naar anderen wezen. Alle
uitspraken met goede bedoelingen werden op een flip-over geschreven. Het stond
er duidelijk, het moest anders. Dat wilden we. Even voelde ik een frisse bries.
Zou het dan toch?
Thuis gekomen was ik doodmoe en ging naar bed en sliep tien
uur aan een stuk. Toen ik wakker werd, wist ik het. Het eten was lekker
geweest en de rest van de avond moest ik maar vergeten. Er was gezegd en
gesproken, het doel van die avond bereikt. Mijn gevoel was anders.
Meneer Dolf